Bijlagen

I. Meerjarenraming + toelichting

Meerjarenraming 2019-2021

Terug naar navigatie - Meerjarenraming 2019-2021

Algemeen

Deze meerjarenraming geeft de verwachte begrotingssaldi in jaren 2019 t/m 2021. Het merendeel van de uitgangspunten is ongewijzigd overgenomen uit de meerjarenraming bij de Kadernota 2018. Enkele uitgangspunten die zijn aangepast en/of waarbij ontwikkelingen te melden zijn, lichten wij bij de betreffende onderdelen nader toe.

A. Aantallen woningen en inwoners

Toename aantal woningen:

In de Kadernota 2018 en deze begroting is een gemiddeld aantal nieuwbouwwoningen van 175 per jaar gehanteerd.

Toename aantal inwoners:
Ook is voor de toename van de aantallen woningen en inwoners het ongewijzigde verhoudingscijfer 1 : 2 toegepast. Per nieuwe woning neemt het aantal inwoners dus gemiddeld met 2 toe. Dit is per jaar 2 x 175 = 350.

Hieronder treft u het cijfermatige deel van deze meerjarenraming aan en daarachter korte toelichtingen op de diverse onderdelen.

 

Meerjarenperspectief 2019-2021 2019 (€) 2020 (€) 2021 (€)
I. Nadelen ( - ):      
1. Afval/riolering: 100% kostendekkend 0 0 0
       
2. Financiële ruimte voor afwijking nullijn -138.000 -138.000 -138.000
       
3. Van de nullijn uitgezonderde onderdelen:      
a. Ontwikkeling Personeelsbudget:      
   - effect nieuwe cao 2017 voor 2019 -24.000    
   - jaarlijkse verhoging premies e.d. gemiddeld 1,5%. -305.000 -309.000 -313.000
   - verhoging fte's obv aantal inwoners/Berenschot -183.000 -183.000 -183.000
   - verhoging salarisbudget gerelateerde uitgaven na taakst. -26.000 -25.000 -25.000
   - verhoging loonkosten/vergoedingen bestuur -5.000 -5.000 -5.000
Subtotaal P-budget -543.000 -522.000 -526.000
Correctie taakstelling personeel 0 0 0
Subtotaal onderdeel 3-a -543.000 -522.000 -526.000
b. Toename bijdragen aan samenwerkingsverbanden -70.000 -71.000 -72.000
c. Netto lasten toename aantal WWB-ers pm pm pm
       
4. Afbouw voordeel verkoop preferente aandelen Vitens -5.000 -5.000 -5.000
5. Afbouw opbrengst Precariobelasting Nutsbedrijven -265.000 -265.000 -265.000
Totaal nadelen -1.021.000 -1.001.000 -1.006.000
II. Voordelen ( + ):      
1. Algemene Uitkering:      
a. algemene uitkering 1.360.000 1.165.000 995.000
b. stelposten doorschuiven kortingen naar doelgroepen 0 0 0
totaal onderdeel II-1 algemene uitkering 1.360.000 1.165.000 995.000
       
2. Netto toename OZB-opbrengst door nieuwbouw 7.000 7.000 7.000
    minus korting inkomstenmaatstaf algemene uitkering      
       
3. Financiële ruimte door vrijvallende kapitaallasten      
    minus jaarlijkse raming post onvoorzien 92.000 -30.000 -125.000
       
4. Nog niet verwerkte voordelen heroverwegingsoperaties:      
a. Taskforce for money (uit Kadernota 2016) 50.000 0 0
Totaal voordelen 1.509.000 0 0
Subtotalen voor- en nadelen 488.000 1.142.000 877.000
       
Af: lasten PNL (2018-2020) -354.000 -220.000 -19.000
Af:2020 en 2021 stelposten (aanvulling tot € 250.000) 0 -30.000 -231.000
       
Bij: consequenties tariefsaanpassingen:      
a. OZB 1,5% 105.000 107.000 108.000
b. Divere leges en overige heffingen 1,5% 16.000 16.000 16.000
       
Doorwerking begrotingsoverschot/-tekort jaar ervoor 1.414000 1.678.000 1.692.000
       
Overschot/Tekorten (-) 1.678.000 1.692.000 1.437.000

 

I. Toelichting op de verwachte nadelen (zie corresponderende nummers in meerjarenraming)

1. Afval/riolering, 100% dekking

Geen nadere toelichting.

2. Voor afwijking nullijn maximaal € 138.000 per jaar beschikbaar

De nullijn houdt kort gezegd in dat er geen verhoging van begrotingsramingen plaatsvindt door prijsstijging en areaaluitbreiding (toename woningen/inwoners, onderhoudsbestanden wegen, plantsoenen, etc.). In deze gemeente wordt al jaren bij het opstellen van de begroting voor een deel van de ramingen de nullijn gehanteerd en is slechts een beperkte afwijking van die nullijn toegestaan. Met ingang van begrotingsjaar 2005 is in het kader van bezuinigingen het totaalbedrag voor de afwijking van de nullijn door de raad al verlaagd van € 550.000 naar € 275.000. Vervolgens is naar aanleiding van de operatie Schatgraven dit resterende bedrag met ingang van 2011 nogmaals gehalveerd en vastgesteld op maximaal € 138.000 per jaar.

Een aantal onderdelen is van de nullijn uitgezonderd (verhogingen van deze onderdelen hoeven dus niet ten laste van de € 138.000), zoals:

  1. hogere bijdragen aan samenwerkingsverbanden;
  2. hogere netto lasten sociale uitkeringen in brede zin;
  3. verhoging van de salariskosten op basis van nieuwe CAO, e.d.

Jaarlijks wordt bij de aanlevering van begrotingsgegevens aan de budgethouders gevraagd om prijsverhogingen en extra kosten van areaaluitbreiding zoveel mogelijk op te vangen binnen eigen budgetten. Op deze wijze vindt er jaarlijks organisatiebreed dus al een heroverwegings-/ efficiencyoperatie plaats op de exploitatiebegroting, waardoor prijsstijgingen en extra kosten van areaaluitbreiding over een deel van het gemeentebudget worden opgevangen.

3. Van de nullijn uitgezonderde onderdelen:

a. Ontwikkeling Personeelsbudget
Voor de toelichting op de toename van de salariskosten door verhoging van het aantal fte’s en overige verhogingen verwijzen wij naar de afzonderlijke toelichting in de Paragraaf Bedrijfsvoering.

b. Toename bijdragen aan samenwerkingsverbanden
Dit betreffen hogere bijdragen aan samenwerkingsverbanden voornamelijk door toename van de aantallen inwoners.

c. WWB en overige sociale uitkeringen

De huidige verwachting is dat het aantal uitkeringsgerechtigden in de jaren 2019 t/m 2021 nog wat zal toenemen. Bij het opstellen van deze meerjarenraming is er vanuit gegaan dat de stijging van de uitkeringslasten in de komende jaren volledig kan worden opgevangen door een hogere algemene uitkering (door het hogere aantal uitkeringsgerechtigden) en door een stijging van het te ontvangen Rijksbudget.

4. Afbouw voordeel verkoop preferente aandelen NV Vitens

De preferente aandelen die de gemeente had van Vitens zijn eind 2005 verkocht aan deze NV. De opbrengst zal aan de gemeenten in 15 jaarlijkse termijnen worden uitbetaald (via een leningconstructie). Naast de te ontvangen jaarlijkse aflossing, ontvangt de gemeente een jaarlijkse rentevergoeding over het nog niet afgeloste deel.

De eerste uitbetaling heeft plaatsgevonden in 2007. Deze jaarlijkse inkomst neemt jaarlijks af met ongeveer € 8.000 (rente over afgeloste deel voorgaand jaar). In 15 jaar zal Vitens de hele lening hebben afgelost en zullen de inkomsten hiervan dus geheel zijn afgebouwd.

5. Afbouw precariobelasting nutsbedrijven

Door een besluit van het Rijk is de heffingsmogelijkheid van de precariobelasting nutsbedrijven per 1-1-2022 beëindigd. In de begroting 2017 is een structurele opbrengst geraamd van € 1.060.000. Met ingang van de begroting 2022 moet deze raming dus tot nul zijn afgebouwd. Er is gekozen voor een stapsgewijze verlaging van de geraamde opbrengst. Vanaf 2018 t/m 2021 wordt de raming jaarlijks met € 265.000 verlaagd. In die jaren zal de werkelijke opbrengst ca. € 2,7 miljoen bedragen. De hogere werkelijke opbrengst wordt in deze overgangsjaren sowieso rechtstreeks toegevoegd aan de algemene reserve. Zie ook het overzicht met de ontwikkeling van de algemene reserve. In onderstaand staatje is samengevat om welke bedragen het jaarlijks gaat.

II. Toelichting op de verwachte voordelen (zie corresponderende nummers in meerjarenramingen)

1. Algemene uitkering gemeentefonds
De ramingen van de algemene uitkering zijn gebaseerd op de meicirculaire 2017. De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens het systeem van ‘samen de trap op en samen de trap af’ hebben wijzigingen in de rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. De jaarlijkse toename of afname van het gemeentefonds, voorvloeiend uit de trap op trap af-methode wordt het accres genoemd. Doordat er na de verkiezingen van 15 maart nog geen nieuw kabinet is, was de meicirculaire 2017 een zogeheten beleidsarme circulaire. Financiële ruimte vragende plannen als klimaat en defensie zullen op zijn vroegst verwerkt worden in de komende Miljoenennota die in september 2017 uitkomt. In de circulaire zaten daarom (nagenoeg) alleen mutaties als gevolg van loon- en prijsstijgingen, zowel in de algemene uitkering als bij het sociaal domein. De hogere accresramingen in de gehele meerjarenperiode resulteren in hogere uitkeringen voor 2018 en volgende jaren in vergelijking met de decembercirculaire 2016 die als basis is genomen voor de Kadernota 2018.

2. Toename netto OZB-opbrengsten door nieuwbouw (na aftrek korting inkomstenmaatstaf algemene uitkering)
De extra inkomsten wegens nieuwbouw zijn wat hoger dan de kortingen die het rijk toepast op de algemene uitkering via de inkomstenmaatstaf. Per saldo ontstaan er dus (relatief geringe) voordelen op deze onderdelen t.g.v. nieuwbouw.

3. Financiële ruimte door vrijval kapitaallasten, na aftrek nieuwe posten onvoorzien
Op dit onderdeel wordt de financiële ruimte geraamd die ontstaat doordat de boekwaarden van investeringen afnemen door jaarlijkse afschrijving (lagere rente en bij geheel wegvallen boekwaarde tevens vrijval afschrijvingsdeel). Aan de andere kant wordt er jaarlijks een bedrag voor “onvoorzien” geraamd in de begroting van ruim € 50.000 om kapitaallasten van nieuwe (onvoorziene) investeringen te dekken. Deze jaarlijkse raming van onvoorzien wordt in mindering gebracht op het voordeel van de vrijvallende kapitaallasten.

4. Nog niet verwerkte voordelen uit heroverwegingsoperaties
Hieronder zijn totaalbedragen opgenomen van toekomstige voordelen van vastgestelde heroverwegingsvoorstellen. Bij de samenstelling van elke nieuwe begroting worden de voorstellen van de betreffende jaarschijf financieel verwerkt en vervolgens gerealiseerd. In de jaarschijf 2019 is nog het volgende te realiseren structurele voordeel heroverwegingstaakstelling opgenomen:

a. Uit de Taskforce for money (opgenomen in de Kadernota 2016) was in de jaren 2017 t/m 2019 jaarlijks een besparing van € 50.000 (dus totaal € 150.000) vanwege het omvormen van peuterspeelzalen naar peuteropvang. In deze meerjarenraming is nog in jaarschijf 2019 € 50.000 opgenomen.

Overige mutaties:

Programma Nieuwe Lasten (PNL)
Onder dit onderdeel zijn de geraamde structurele lasten opgenomen uit het PNL bij deze Programmabegroting. In de jaarschijven 2020 en 2021 zijn stelposten opgenomen van € 250.000.

Extra opbrengsten tariefsverhogingen
In deze meerjarenraming is uitgegaan van tariefsverhogingen van o.a. de OZB en leges van gemiddeld 1,5% per jaar.

Doorwerking begrotingssaldi
Het eindsaldo van een voorgaande jaarschijf is in deze meerjarenraming steeds verwerkt in het saldo van de volgende jaarschijf (structurele doorwerking).

 

II. PNL 2018-2021

III. Overzicht reserves en voorzieningen

Toelichting Reserves en Voorzieningen

Terug naar navigatie - Toelichting Reserves en Voorzieningen

Deze bijlage bevat de volgende groepen reserves en voorzieningen van deze gemeente.

Bij elke reserve en voorziening treft u op de volgende pagina een korte toelichting aan met een financieel meerjarenperspectief t/m eind 2021.

I. Reserves

A. Algemene reserve

B. Bestemmingsreserves

  1. Opvang kapitaallasten investeringen
  2. Overige

II. Voorzieningen

A. Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s

  1. Grondexploitatie
  2. Dubieuze debiteuren
  3. Wethouderspensioenen
  4. Overige

B. Egalisatie voorzieningen (riolering/gebouwen)

C. Voorzieningen middelen derden (niet provincie/rijk) 
(geen)

 

I. Reserves

A. Algemene reserve

10001  Algemene Reserve
Bestemming:

  • deels buffer voor opvang eenmalige risico’s.
  • andere deel in principe vrij aanwendbare middelen om eenmalige (grote) uitgaven te dekken.

Achtergrondinformatie:  in de paragraaf weerstandsvermogen bij de programmabegroting worden o.a. de risico’s, die beslag leggen op eenmalige dekkingsmiddelen zoveel mogelijk uitgedrukt in bedragen en vindt er een confrontatie plaats met de beschikbare eenmalige dekkingsmiddelen, waarvan de algemene reserve de belangrijkste is.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

25.809.667

mutatie in 2018

3.107.402

Saldo 1-1-2019

28.917.069

mutatie in 2019

3.418.323

Saldo 1-1-2020

32.335.392

mutatie in 2021

4.062.011

Saldo 1-1-2021

36.397.403

mutatie in 2021

4.107.631

Saldo 31-12-2021

40.505.034

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
Zie overzicht verderop.

 

B. Bestemmingsreserves (BR)

1. Bestemmingsreserves opvang kapitaallasten

12206  BR Kapitaallasten Ambtshuis
Bestemming: dekking kapitaallasten investering aankoop Ambtshuis Elst.

Achtergrondinformatie: de aankoopkosten van het ambtshuis worden in 40 jaar afgeschreven en de jaarlijkse kapitaallasten worden gedekt met de jaarlijkse rente over bovenvermelde bestemmingsreserve.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

963.269

mutatie in 2018

-26.420

Saldo 1-1-2019

936.849

mutatie in 2019

-27.212

Saldo 1-1-2020

909.637

mutatie in 2020

-28.029

Saldo 1-1-2021

881.608

mutatie in 2021

-28.869

Saldo 31-12-2021

852.739

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie boven.

 

12208  BR kapitaallasten Hockeycomplex     
Bestemming: dekking van de kapitaallasten van het hockeycomplex.

Achtergrondinformatie: de kapitaallasten van het hockeycomplex worden jaarlijks gedekt door onttrekkingen uit deze bestemmingsreserve. De investeringen in de aanleg van de kunstgrasvelden, was- en kleedaccommodaties en het parkeerterrein worden lineair afgeschreven in resp. 30, 40 en 20 jaar. Over de bestemmingsreserve wordt jaarlijks 2,5% rente berekend. (Rentepercentage afgestemd op percentage dat gehanteerd wordt voor de investering.)

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

1.222.955

mutatie in 2018

-68.381

Saldo 1-1-2019

1.154.574

mutatie in 2019

-68.381

Saldo 1-1-2020

1.086.193

mutatie in 2020

-68.381

Saldo 1-1-2021

1.017.812

mutatie in 2021

-68.381

Saldo 31-12-2021

949.431

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie boven.

 

12209  BR kapitaallasten Heteren-Centrum
Bestemming: dekking van een deel van de kapitaallasten van het project Heteren-Centrum.

Achtergrondinformatie: op 26 augustus 2008 heeft de raad ingestemd met het project Heteren Centrum. De kapitaallasten van dit project zullen gedeeltelijk gedekt worden door jaarlijkse onttrekkingen aan deze nieuw gevormde bestemmingsreserve.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

4.518.675

mutatie in 2018

-178.441

Saldo 1-1-2019

4.340.234

mutatie in 2019

-178.441

Saldo 1-1-2020

4.161.793

mutatie in 2020

-178.441

Saldo 1-1-2021

3.983.352

mutatie in 2021

-178.441

Saldo 31-12-2021

3.804.911

Toelichting mutatie 2018-2021
Jaarlijks 2,5% rente op de bestemmingsreserve bijgeschreven. De werkelijke kapitaallasten van het vastgoed worden jaarlijks gedekt door een onttrekking uit deze reserve. Als in een jaar de rentebijschrijving op deze reserve hoger is dan de rentelast van de investering dan wordt deze hogere rentebijschrijving alsnog overgeheveld naar de algemene reserve.

 

12210   BR kunstgras Spero       

Bestemming: dekking van de kapitaallasten van de investering kunstgras bij Spero.

Achtergrondinformatie: de kapitaallasten van één van de kunstgrasvelden van Spero worden jaarlijks gedekt door onttrekkingen uit deze bestemmingsreserve. De investering wordt lineair afgeschreven in 30 jaar. Over de bestemmingsreserve wordt jaarlijks 2,5% rente berekend.

Indien het 2e trainingsveld van Spero niet omgezet zou zijn in een kunstgrasveld had de gemeente groot-onderhoud aan dit veld moeten uitvoeren. De middelen voor dit groot-onderhoud zijn gestort in deze bestemmingsreserve. Spero betaalt jaarlijks de extra lasten voor een 2e kunstgrasveld ten opzichte van de lasten van een natuurgrasveld. Het bedrag van het niet uitgevoerde groot-onderhoud valt in 15 jaar vrij ten gunste van de exploitatie.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

329.144

mutatie in 2018

-24.405

Saldo 1-1-2019

304.739

mutatie in 2019

-24.405

Saldo 1-1-2020

280.334

mutatie in 2020

-24.405

Saldo 1-1-2021

255.929

mutatie in 2021

-24.405

Saldo 31-12-2021

231.524

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie boven.

 

12211  BR kapitaallasten sporthal HPC
Bestemming: dekking van een gedeelte van de kapitaallasten van sporthal HPC.

Achtergrondinformatie: de raad heeft op 26 januari 2010 ingestemd met de bouw van de sporthal bij het Hendrik Pierson College. De extra kapitaallasten van de sporthal worden jaarlijks gedekt door onttrekkingen uit deze bestemmingsreserve. De investering wordt lineair afgeschreven in 15, 20 en 40 jaar tegen 2,5% rente.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

1.438.854

mutatie in 2018

-47.912

Saldo 1-1-2019

1.390.942

mutatie in 2019

-47.912

Saldo 1-1-2020

1.343.030

mutatie in 2020

-47.912

Saldo 1-1-2021

1.295.118

mutatie in 2021

-47.912

Saldo per 31-12-2021

1.247.206

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie boven.

 

12212  BR kapitaallasten tijdelijke huisvestingsmaatregelen
Bestemming: dekking van de kapitaallasten tijdelijke huisvestingsmaatregelen.

Achtergrondinformatie: de raad heeft 3 december 2013 ingestemd met het uitvoeren van tijdelijke huisvestingsmaatregelen ter overbrugging van de periode naar een definitieve huisvestingsoplossing. Deze maatregelen betreffen voor het merendeel economische investeringen, welke op grond van de voorschriften dus moeten worden afgeschreven in meerdere jaren. De kapitaallasten van deze investeringen worden jaarlijks gedekt door onttrekkingen uit deze bestemmingsreserve. De investering wordt lineair afgeschreven in 10 jaar tegen 2,5% rente.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

386.120

mutatie in 2018

-61.900

Saldo 1-1-2019

324.220

mutatie in 2019

-61.900

Saldo 1-1-2020

262.320

mutatie in 2020

-61.900

Saldo 1-1-2021

200.420

mutaties in 2021

-61.900

Saldo per 31-12-2021

138.520

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie boven.

 

12213  BR kapitaallasten P&R garage Elst
Bestemming: dekking van een deel van de kapitaallasten van de P&R-garage.

Achtergrondinformatie: vanuit het grondcomplex Elst Centraal (complex G071) is in 2014 een bijdrage van € 412.759 betaald aan de investering van de P&R-garage. Deze bijdrage mag op grond van de voorschriften echter niet in mindering worden gebracht op het bruto investeringsbedrag omdat het grondcomplex niet valt onder de definitie van “derden”. De bijdrage is daarom gestort in deze nieuw gevormde bestemmingsreserve kapitaallasten P&R-garage. Jaarlijks wordt een deel van deze bestemmingsreserve gebruikt ter dekking van de kapitaallasten (m.i.v. 2015).

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

400.662

mutatie in 2018

-4.401

Saldo 1-1-2018

396.261

mutatie in 2019

-4.599

Saldo 1-1-2019

391.662

mutatie in 2020

-4.806

Saldo per 1-1-2020

386.856

mutaties in 2021

-5.022

Saldo 31-12-2021

381.834

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie boven.

 

2. Overige bestemmingsreserves

12106  BR Bovenwijkse voorzieningen           

Bestemming: dekking van kosten van voorzieningen, die niet alleen van belang zijn voor één bepaald gebied maar voor meerdere wijken van nut zijn.

Achtergrondinformatie: in deze reserve worden ten laste van grondexploitaties vaste bedragen per woning voor woningbouwprojecten en bedragen per m2 voor bedrijventerreinen gestort ter bekostiging van -zoals de naam al aangeeft- bovenwijkse voorzieningen. Op grond van de huidige BBV-voorschriften mogen dotaties voor bovenwijkse voorzieningen alleen nog maar plaatsvinden via de resultaatbestemming bij afsluiting van een project en dus niet meer tijdens de looptijd.  

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

1.875.580

mutatie in 2018

pm

Saldo 1-1-2019

1.875.580

mutatie in 2019

pm

Saldo 1-1-2020

1.875.580

mutatie in 2020

pm

Saldo 1-1-2021

1.875.580

mutatie in 2021

pm

Saldo 31-12-2021

1.875.580

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
In 2018 zal de Nota Bovenwijkse voorzieningen worden geactualiseerd. Op dit moment is het daarom nog niet exact bekend wanneer de middelen van deze reserve zullen worden ingezet.

 

12115  BR Vervanging materiaal Openbare Werken
Bestemming: dekking kapitaallasten van investeringen van vervanging van materieel.

Achtergrondinformatie: deze bestemmingsreserve is gebaseerd op het in april 2009 door de raad vastgestelde herziene systeem van "vervanging materieel afdelingen Openbare Ruimte en Veiligheid”. Op deze wijze ontstaat er een jaarlijks gelijke belasting van het gemeentebudget, worden grote schommelingen op de afzonderlijke begrotingsposten voorkomen en is er een goede basis voor de jaarlijkse berekening van de uurtarieven van de machines en voertuigen. Bij de Najaarsnota 2014 is het nieuwe vervangingsschema 2012-2028 vastgesteld en is het onderdeel “Veiligheid” eruit gehaald in verband met de overdracht van taken naar de VGGM. In 2017 wordt het vervangingsschema geactualiseerd.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

3.504.571

mutatie in 2018

-32.348

Saldo 1-1-2019

3.472.223

mutatie in 2019

-139.952

Saldo 1-1-2020

3.332.271

mutatie in 2020

-143.368

Saldo 1-1-2021

3.188.903

mutatie in 2021

-159.082

Saldo 31-12-2021

3.029.821

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
Met ingang van 2017 is het rentepercentage voor de berekening van de kapitaallasten op 2,5% gesteld. Daarnaast wordt de doorberekening van de kapitaallasten op de vervangingsinvesteringen het daaropvolgend boekjaar gestart. Deze effecten zijn meegenomen in de vermelde meerjarenraming.

 

12127  BR Vitens
Bestemming: opvang tekort dat is ontstaan door verkoop aandelen Vitens.

Achtergrondinformatie: in 2006 zijn de preferente aandelen Vitens aan dat bedrijf verkocht voor een bedrag van € 2.327.400. Hoewel dit bedrag gedurende vijftien jaar (in 2007 t/m 2021) in gelijke termijnen zal worden ontvangen, diende op grond van de BBV-voorschriften de gehele verkoopopbrengst te worden verantwoord in boekjaar 2006, het jaar waarin de transactie feitelijk plaatsvond. Met ingang van de begroting 2007 was echter rekening gehouden met een structurele jaarlijkse ontvangst van € 155.160 (= 1/15e deel van de verkoopopbrengst). Om te voorkomen dat vanaf 2007 in de begroting een gat zou ontstaan ter grootte van dit bedrag, is via de bestemming van het rekeningsresultaat 2006 de verkoopopbrengst gestort in een nieuw gevormde bestemmingsreserve Vitens. Gedurende vijftien jaar (voor het eerst in 2007) wordt conform de oorspronkelijke bedoeling jaarlijks een bedrag van € 155.160 aan deze bestemmingsreserve onttrokken om de begroting sluitend te krijgen.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

620.640

mutatie in 2018

-155.160

Saldo 1-1-2019

465.480

mutatie in 2019

-155.160

Saldo 1-1-2020

310.320

mutatie in 2020

-155.160

Saldo 1-1-2021

155.160

mutatie 2021

-155.160

Saldo 31-12-2021

0

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
Zie bij achtergrondinformatie.

 

12139   BR Afslag 38 Elst/Oosterhout
Bestemming: dekking kosten verkeerskundige aanpassingen afslag 38.

Achtergrondinformatie: de gemeente Overbetuwe moet financieel bijdragen in een verkeerskundige oplossing die leidt tot een goede ontsluiting van Park 15. Voor een goede ontsluiting zijn aanpassingen aan afslag 38 noodzakelijk.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

1.600.000

mutatie in 2018

pm

Saldo 1-1-2019

1.600.000

mutatie in 2019

pm

Saldo 1-1-2020

1.600.000

mutatie in 2020

pm

Saldo 1-1-2021

1.600.000

mutatie in 2021

pm

Saldo 31-12-2021 1.600.000

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
Op dit moment is nog niet exact bekend wanneer de middelen van deze reserve zullen worden ingezet.

 

12143   BR Telecommunicatietoepassing
Bestemming: dekking van de kapitaallasten voor de aanschaf van de telecommunicatietoepassing en de smartphones.

Achtergrondinformatie: in het krediet voor de herhuisvestingsmaatregelen van de ambtelijke organisatie was voor de vervanging van de telefooncentrale een budget opgenomen van € 300.000. De aangeschafte integrale telecommunicatietoepassing is veel meer een digitale oplossing en zijn de exploitatielasten hoger. Het oorspronkelijke investeringsbedrag van € 300.000 is omgezet naar de BR telecommunicatietoepassing. 

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

143.497

mutatie in 2018

-50.955

Saldo 1-1-2019

96.129

mutatie in 2019

-48.474

Saldo 1-1-2020

47.655

mutatie in 2020

-47.655

Saldo 31-12-2020

0

Toelichting mutatie 2018-2021
De rente over het saldo per 1-1 wordt toegevoegd, De onttrekking is gelijk aan de kapitaallasten van de vermelde investeringen.

 

12144   BR Precario
Bestemming: dekking mogelijke terugbetaling betwist deel precarioheffing.

Achtergrondinformatie: vanaf 1 november 2014 is een precarioheffing ingevoerd. In 2015 zijn aangeslagen opgelegd voor elektriciteitsnetwerken en voor gasleidingen. Een aanslag voor het elektriciteitsnetwerk wordt betwist. In afwachting van de uitkomst hiervan is deze bestemmingsreserve gevormd via de bestemming van het rekeningresultaat 2015. 

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

1.746.000

mutatie in 2018

pm

Saldo 1-1-2019

1.746.000

mutatie in 2019

pm

 Saldo 1-1-2020

1.746.000

mutatie in 2020

pm

Saldo 1-1-2021

1.746.000

mutatie in 2021

pm

Saldo 31-12-2021

1.746.000

Toelichting mutatie 2018-2021
Een reële meerjarenprognose kan niet worden gemaakt. 

 

A. Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s

1. Grondexploitatie

23001  Voorziening verliesgevende complexen (bestemd)
Bestemming: opvang verliezen grondcomplexen.

Achtergrondinformatie: jaarlijks worden actuele berekeningen gemaakt van de grondcomplexen en wordt de stand van de voorziening afgestemd op de te verwachten verliezen.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

15.402.715

mutatie in 2018

-7.735.901

Saldo 1-1-2019

7.666.814

mutatie in 2019

-414.212

Saldo 1-1-2020

7.252.602

mutatie in 2020

pm

Saldo 1-1-2020

7.252.602

mutatie in 2021

-665.124 
 Saldo 31-12-2021 6.587.478 

Toelichting meerjarenraming 2018-2021

De meerjarenraming is vooral gericht op de afwikkeling van bestaande complexen. Hierbij is geen prognose meegenomen van mogelijke nieuwe verliescomplexen in de komende jaren. Voor de complexen Prinses Irenestraat Elst, Elst Centraal 1e fase, Heteren-Centrum en De Merm Oost Elst zijn voorzieningen getroffen van achtereenvolgens € 350.424, € 7.385.477, € 414.212 en € 665.124. De planning is dat deze complexen respectievelijk per 31-12-2018, 31-12-2018, 31-12-2019 en 31-12-2021 kunnen worden afgesloten zodat genoemde bedragen in de betreffende jaren uit de voorziening gehaald zullen worden. Een deel van de voorziening heeft betrekking op passieve complexen. Pas wanneer exploitatieovereenkomsten met ontwikkelaars zijn gesloten, zal er meer duidelijkheid zijn over de verhaalbaarheid van gemeentelijke kosten en de noodzaak tot handhaving van deze voorziening. Een prognose wanneer dergelijke exploitatieovereenkomsten worden gesloten is moeilijk te geven waardoor vooralsnog van pm-posten is uitgegaan.

 

23002  Voorziening afgesloten complexen (vrij)
Bestemming: opvang nakomende kosten uit afgesloten grondcomplexen.

Achtergrondinformatie: behoeft geen nadere toelichting.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

218.093

Meerjarenraming kan op dit moment

niet worden gegeven

 

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
Aan genoemd bedrag ligt een specificatie ten grondslag van nog te verwachten (geringe) uitgaven van inmiddels afgesloten grondcomplexen. Een reële meerjarenprognose is niet beschikbaar.

 

21006  Voorziening Planschades
Bestemming: opvang kosten van planschades en kosten externe adviezen hierover.

Achtergrondinformatie: Team Beleidsrealisatie maakt jaarlijks een actueel overzicht van de verwachte planschades. Het niveau van de voorziening wordt hierop afgestemd bij het samenstellen van de jaarrekening. Het beleid van de gemeente is erop gericht om met ontwikkelaars overeenkomsten te sluiten zodat eventuele planschadeclaims voor risico zijn van de ontwikkelaar.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

15.000

mutatie in 2018

pm

Saldo 1-1-2019

15.000

mutatie in 2019

pm

Saldo 1-1-2020

15.000

mutatie in 2020

pm

Saldo 1-1-2021

15.000

mutatie in 2021

pm

Saldo 31-12-2021 15.000

Toelichting mutatie 2018-2021
Een goede meerjarenprognose kan niet worden gemaakt. Voorlopig wordt er vanuit gegaan dat in de komende jaren een voorziening van € 15.000 noodzakelijk is om jaarlijks de kosten van de planschades en externe adviezen te kunnen opvangen.

 

2. Dubieuze debiteuren

21008  Voorziening dubieuze debiteuren
Bestemming: opvang verliezen uit dubieuze debiteuren.

Achtergrondinformatie: behoeft geen nadere toelichting.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

44.511

Meerjarenraming kan op dit moment niet worden gegeven

 

Toelichting meerjarenraming 2018-2021
De stand van de voorziening is eind 2016 afgestemd op een geactualiseerde onderbouwing. Dit is (tevens) het saldo per 31-12-2016 volgens de jaarstukken 2016. In Q4-2017 en Q1-2018 werken we het ‘plan van aanpak verbetering debiteurenbeheer’ uit (als uitvloeisel van het in 2016 uitgevoerde 213a-onderzoek debiteurenbeheer). Een onderdeel van dat plan betreft een nadere beoordeling van de (systematiek en noodzakelijke hoogte van de) voorziening.

 

21022  Voorziening dubieuze debiteuren belastingen

Bestemming: opvang verliezen uit dubieuze belastingdebiteuren.

Achtergrondinformatie: behoeft geen nadere toelichting.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

162.795

Meerjarenraming kan op dit moment niet worden gegeven

 

Toelichting meerjarenraming 2018-2021

De stand van de voorziening is eind 2016 afgestemd op een geactualiseerde onderbouwing. Dit is (tevens) het saldo per 31-12-2016 volgens de jaarstukken 2016. In Q4-2017 en Q1-2018 werken we het ‘plan van aanpak verbetering debiteurenbeheer’ uit (als uitvloeisel van het in 2016 uitgevoerde 213a-onderzoek debiteurenbeheer). Een onderdeel van dat plan betreft een nadere beoordeling van de (systematiek en noodzakelijke hoogte van de) voorziening.

 

21039  Voorziening dubieuze debiteuren Soza
Bestemming: opvang verliezen uit dubieuze debiteuren Soza.
Achtergrondinformatie: bijstandsvorderingen moeten op grond van de voorschriften zijn opgenomen op de balans. Omdat naar verwachting van de afdeling Sociale Zaken niet alle vorderingen kunnen worden geïncasseerd is tegelijkertijd een voorziening dubieuze debiteuren gevormd.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

2.149.586

Meerjarenraming kan op dit moment niet worden gegeven

 

Toelichting meerjarenraming 2017-2020
De stand van de voorziening is eind 2016 afgestemd op een geactualiseerde onderbouwing. Dit is (tevens) het saldo per 31-12-2016 volgens de jaarstukken 2016. In Q4-2017 en Q1-2018 werken we het ‘plan van aanpak verbetering debiteurenbeheer’ uit (als uitvloeisel van het in 2016 uitgevoerde 213a-onderzoek debiteurenbeheer). Een onderdeel van dat plan betreft een nadere beoordeling van de (systematiek en noodzakelijke hoogte van de) voorziening.

 

3. Wethouderspensioenen

21005 Voorziening Wethouderspensioenen                      
Bestemming: opvang van toekomstige pensioenverplichtingen van wethouders.

Achtergrondinformatie: elk jaar wordt de noodzakelijke omvang van de voorziening berekend door een extern bureau (Raet).

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

5.237.001

Meerjarenraming kan op dit moment niet worden gegeven

 

Toelichting mutatie 2018-2021
Een meerjarenperspectief is -gelet op een aantal onzekere factoren- niet te geven.

 

21036  Voorziening Nabestaandenpensioen         
Bestemming: opvang lasten nabestaandenpensioen wethouders.

Achtergrondinformatie: de stand van deze voorziening is afgestemd op ontwikkelingen van de ambtenaren CAO. In januari 2010 heeft een herberekening plaatsgevonden als gevolg van de nieuwe ambtenaren CAO. Een extern bureau (Raet) berekent de uitbetalingen aan de nabestaande.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

271.331

mutatie in 2018

- 17.300

Saldo 1-1-2019

254.031

mutatie in 2019

- 17.300

Saldo 1-1-2020

236.731

mutatie in 2020

- 17.300

Saldo 1-1-2021

219.431

mutatie in 2021

-17.300

Saldo 31-12-2021

          202.131

Toelichting mutatie 2018-2021

Op basis van de berekening van Raet is tot en met 2015 jaarlijks een bedrag van € 26.200 uitbetaald. Daarna is de jaarlijkse uitbetaling verlaagd tot € 17.300.

 

21045  Voorziening wachtgelden voormalige wethouders        
Bestemming: verschuldigde wachtgeldbetalingen voormalige wethouders.

Achtergrondinformatie: de nieuwe voorziening is afgestemd op de uit te betalen wachtgelden aan  voormalige wethouders tot aan de pensioendatum.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

144.067

mutatie in 2018

- 63.789

Saldo 1-1-2019

80.274

mutatie in 2019

-80.274

Saldo 1-1-2020

0

Toelichting mutatie 2018-2021
Zie bij achtergrondinformatie.

 

B. Egalisatie voorzieningen (riolering/gebouwen)

22025  Voorziening groot-onderhoud gemeentelijke accommodaties  
Bestemming: opvang/egalisatie kosten groot-onderhoud van een groot aantal gemeentelijke gebouwen.

Achtergrondinformatie: in het eerste kwartaal van 2014 zijn van de gemeentelijke accommodaties waarvan het groot onderhoud ten laste van deze voorziening gaat, nieuwe Meerjaren Onderhouds Planningen (MOP’s) opgesteld. Het saldo van de voorziening per 1-1-2018 en de jaarlijkse structurele storting is gebaseerd op deze nieuwe MOP’s. In 2017 zal het MOP geactualiseerd worden.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

4.138.162

mutatie in 2018

207.436

Saldo 1-1-2019

4.345.598

mutatie in 2019

426.438

Saldo 1-1-2020

4.772.036

mutatie in 2020

      -1.077.790

Saldo 1-1-2021

3.694.246

mutatie in 2021

307.810 

Saldo 31-12-2021

4.002.056 

Toelichting mutatie 2018-2021
De gemiddelde jaarlijkse kosten groot-onderhoud zijn € 778.198. De jaarlijkse storting is € 601.735.

 

22026  Voorziening Riolering 
Bestemming:
in de voorziening worden de nog niet bestede gelden van derden (c.q. rioolinkomsten) opgenomen ter beperking van noodzakelijke tariefsverhogingen rioolheffing op basis van het Ge-meentelijke RioleringsPlan (GRP) en opvang van de kosten van het waterplan in de komende jaren.

Achtergrondinformatie: op 20 augustus 2013 is het GRP 2013-2017 door de raad vastgesteld. In dit GRP zijn de noodzakelijke maatregelen op het gebied van afvalwater, regenwater en grondwater opgenomen en de financiële consequenties die daaruit voortkomen.

In de primaire begroting 2018 is nog uitgegaan van de ongewijzigde uitgangspunten van het bestaande GRP én van het riooltarief 2017. In het najaar van 2017 wordt het GRP voor 2018-2022 ter vaststelling aan de raad voorgelegd.

Meerjarenraming

 

Saldo 1-1-2018

6.625.981

mutatie in 2018

-906.195

Saldo 1-1-2019

5.719.786

mutatie in 2019

-900.428

Saldo 1-1-2020

4.819.358

mutatie in 2020

-890.452

Saldo 1-1-2021

3.928.906

mutatie in 2021

-911.762

Saldo 31-12-2021

3.017.144

Toelichting mutatie 2018-2021
Het riooltarief 2017 bedraagt € 118,60. Dit tarief is extra verlaagd doordat eenmalige voordelen uit de jaarrekeningen 2014 en 2015 in het tarief zijn verwerkt. Om dit effect te neutraliseren is in beginsel voor 2018 een bijstelling van het tarief nodig.

De riooltarieven worden definitief vastgesteld bij de vaststelling van het GRP 2018-2022. Ook het hiervoor vermelde verloop van de voorziening zal daardoor beïnvloed worden.

 

C. Voorzieningen middelen derden (niet van provincie/rijk)
Geen

 

Prognose verloop Algemene Reserve

 

IV-a. Overzicht Incidentele baten en lasten

Toelichting

Terug naar navigatie - Toelichting

Incidentele baten

Geen programma (mutatie reserves)

€ 27.089     onttrekking uit algemene reserve voor lasten startersleningen

 

Incidentele lasten

Geen.

IV-b. Meerjarig overzicht mutaties reserves

Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

Terug naar navigatie - Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

Toevoegingen

2018

2019

2020

2021

Toevoeging aan reserves programma 01

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 02

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 03

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 04

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 05

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 06

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 07

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 08

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 09

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves programma 10

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves i.v.m. sociaal deelfonds

0

0

0

0

Toevoeging aan reserves alg. dekkingsmidd.

7.145

7.145

7.145

7.145

Totaal toevoegingen

7.145

7.145

7.145

7.145

         

Onttrekkingen

2018

2019

2020

2021

Onttrekkingen aan reserves programma 01

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves programma 02

165.090

165.090

165.090

165.090

Onttrekkingen aan reserves programma 03

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves programma 04

47.912

47.912

47.912

47.912

Onttrekkingen aan reserves programma 05

92.786

92.786

92.786

92.786

Onttrekkingen aan reserves programma 06

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves programma 07

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves programma 08

178.441

178.441

178.441

178.441

Onttrekkingen aan reserves programma 09

139.275

139.275

139.275

139.275

Onttrekkingen aan reserves programma 10

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves i.v.m. sociaal deelfonds

0

0

0

0

Onttrekkingen aan reserves alg. dekkingsmid.

155.160

155.160

155.160

155.160

Totaal onttrekkingen

778.664

778.664

778.664

778.664

Opmerkingen:

       

- de rentebijschrijvingen zijn als incidenteel aangemerkt

     

 

IV-c. EMU-saldo

V. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Terug naar navigatie - Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Lasten

2018

Onvoorzien:

 

- werkelijke raming onvoorzien

€                   54.000

- reeds bestemde structurele financiële ruimte

€           1.817.068

- stelposten (algemeen)

€               656.887

Totaal lasten

€          2.527.955

   

Baten

 

- dividend deelnemingen

€                192.339

- onroerende zaakbelastingen gebruikers

€                902.900

- onroerende zaakbelastingen eigenaren

€            6.121.300

- hondenbelasting

€                278.243

- reclamebelasting

€                  76.300

- precariobelastingen

€                  26.250

- uitkeringen gemeentefonds

€         38.038.018

- uitkeringen sociaal deelfonds

€         21.464.724

- rentetoevoeging aan algemene dienst:

 

    - rente bestemmingsreserves

€                 338.210

    - rente voorzieningen

€                 860.231

    - rente overlopende passiva

€                    17.034

- onderuitputting

€                   70.933

Totaal baten

€          66.176.482

Tegenover de bedragen van de programma's en het bedrag voor onvoorzien

staan de algemene dekkingsmiddelen ten bedrage van afgerond € 69.2 miljoen.

 

VI. Recapitulatie baten en lasten per programma

VI. Recapitulatie baten en lasten per programma

Terug naar navigatie - VI. Recapitulatie baten en lasten per programma
Recapitulatie Programma's 2017      
         
Nummer Omschrijving Lasten Baten Saldo
    2017 2017 2017
         
1 Openbare orde en veiligheid -2.812.336 65.544 -2.746.792
2 Verkeer, vervoer en waterstaat -3.754.353 66.299 -3.688.054
3 Economische zaken -786.725 618.194 -168.531
4 Onderwijs -5.983.733 303.071 -5.680.662
5 Cultuur en recreatie -6.883.520 1.120.974 -5.762.546
6 Sociale voorzieningen en maatschapp. dienstverlening -39.246.570 10.132.232 -29.114.338
7 Volksgezondheid en milieu -8.476.006 8.306.840 -169.166
8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting -2.145.806 1.379.767 -766.039
9 Financiën en bedrijfsvoering -12.638.778 1.119 -12.637.659
10 Algemeen bestuur -2.893.386 722.584 -2.170.802
         
  Totaal programma's 01 t/m 10 -85.621.213 22.716.624 -62.904.589
         
Totaal excl. alg. dekkingsmiddelen en onvoorzien en -85.621.213 22.716.624 -62.904.589
stortingen/onttrekkingen reserves      
         
Algemene dekkingsmiddelen   65.879.751 65.879.751
Onvoorzien -495.925   -495.925
         
Lasten/baten in verband met alg. dekk.midd. en onvoorz. -1.976.377 464.694 -1.511.683
         
         
Saldo voor toevoegingen en onttrekkingen aan reserves -88.093.515 89.061.069 967.554
         
         
Toevoegingen aan reserves -556.232   -556.232
Onttrekkingen aan reserves   928.474 928.474
(zie specificatie voor verdeling over de programma's)      
         
Saldo na toevoegingen en onttrekkingen aan reserves -88.649.747 89.989.543 1.339.796
         

 

Recapitulatie programma 4 'Onderwijs'

Terug naar navigatie - Recapitulatie programma 4 'Onderwijs'
Exploitatie Primair Begroot 2018 Begroot 2019 Begroot 2020 Begroot 2021
Lasten 5.658.772 5.658.772 5.658.772 5.658.772
Baten 315.071 315.071 315.071 315.071

Recapitulatie baten en lasten per programma

Terug naar navigatie - Recapitulatie baten en lasten per programma

 

Recapitulatie Programma's 2018      
         
Nummer Omschrijving Lasten Baten Saldo
    2018 2018 2018
         
1 Openbare orde en veiligheid -3.061.958 66.527 -2.995.431
2 Verkeer, vervoer en waterstaat -3.955.952 25.715 -3.930.267
3 Economische zaken -997.743 742.273 -255.470
4 Onderwijs -5.658.772 315.071 -5.343.701
5 Cultuur en recreatie -7.041.341 1.155.857 -5.885.484
6 Sociale voorzieningen en maatschapp. dienstverlening -39.894.411 9.866.415 -30.027.996
7 Volksgezondheid en milieu -8.389.942 8.259.093 -130.849
8 Ruimtelijke ordening en volkshuisvesting -2.422.056 1.359.034 -1.063.022
9 Financiën en bedrijfsvoering -13.530.157 1.044 -13.529.113
10 Algemeen bestuur -2.685.439 733.748 -1.951.691
         
  Totaal programma's 01 t/m 10 -87.637.801 22.524.777 -65.113.024
         
Totaal excl. alg. dekkingsmiddelen en onvoorzien en -87.637.801 22.524.777 -65.113.024
stortingen/onttrekkingen reserves      
         
Algemene dekkingsmiddelen   69.176.482 69.176.482
Onvoorzien -2.527.955   -2.527.955
         
Lasten/baten in verband met alg. dekk.midd. en onvoorz. -1.892.422 1.299.885 -592.537
         
         
Saldo voor toevoegingen en onttrekkingen aan reserves -92.058.178 93.001.144 942.966
         
         
Toevoegingen aan reserves -334.347   -334.347
Onttrekkingen aan reserves   805.753 805.753
(zie specificatie voor verdeling over de programma's)      
         
Saldo na toevoegingen en onttrekkingen aan reserves -92.392.525 93.806.897 1.414.372
         

 

 

-3.061.958
-3.955.982
-997.743
-5.658.772
-7.041.341
-39.894.411
-8.389.942
-2.422.056
-13.530.157
-2.685.439

VII. Specificaties mutaties in reserves per programma

Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

Terug naar navigatie - Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves
Toevoegingen 2018
   
Toevoeging aan reserves programma 01 0
Toevoeging aan reserves programma 02 87.615
Toevoeging aan reserves programma 03 0
Toevoeging aan reserves programma 04 0
Toevoeging aan reserves programma 05 0
Toevoeging aan reserves programma 06 0
Toevoeging aan reserves programma 07 0
Toevoeging aan reserves programma 08 0
Toevoeging aan reserves programma 09 3.587
Toevoeging aan reserves programma 10 0
Toevoeging aan reserves i.v.m. sociaal deelfonds 236.000
Toevoeging aan reserves alg. dekkingsmidd. 7.145
   
Totaal toevoegingen 334.347

 

Onttrekkingen 2018
   
Onttrekkingen aan reserves programma 01 0
Onttrekkingen aan reserves programma 02 165.090
Onttrekkingen aan reserves programma 03 0
Onttrekkingen aan reserves programma 04 47.912
Onttrekkingen aan reserves programma 05 92.786
Onttrekkingen aan reserves programma 06 0
Onttrekkingen aan reserves programma 07 0
Onttrekkingen aan reserves programma 08 178.441
Onttrekkingen aan reserves programma 09 0
Onttrekkingen aan reserves programma 10 139.275
Onttrekkingen aan reserves i.v.m. sociaal deelfonds 0
Onttrekkingen aan reserves alg. dekkingsmid. 182.249
   
Totaal onttrekkingen 805.753